De houtprijzen zijn hoog en dat zullen ze nog wil even blijven: iedereen wil het bos, liefst nu, en ook nog ‘duurzaam’. Hoe gaat Europa voorzien in de toenemende vraag naar bosproducten, als de grote boslanden nu al sterk ontbost worden? Onderzoeksjournalist Klaartje Jaspers trok naar Zweden, Nederlands grootste houtleverancier. Deel 1 in een serie van 4: de Zweeds-Nederlandse handel in bosproducten: hout, pulp, papier en biodiesel.

!! Waarschuwing vooraf: na het lezen van dit stuk, kan u nooit meer onbezonnen uw billen afvegen.

Groen Goud

Met ongekende prijzen lijkt hout haar bijnaam als groen goud meer dan ooit waar te maken. Liefst willen we er vandaag nog nieuwe huizen mee bouwen, CO2-doelstellingen mee behalen en een biobased economie mee voeden. Maar terwijl de plannen nog uitgedacht worden, stapelen de tekorten zich al op. Covid, een Suez-blokkade en een vraatlustige kever zorgden afgelopen jaar voor recordprijzen, en houtvoorraden vul je niet zomaar aan: een gemiddelde Europese naaldboom doet er al snel 60 jaar over voor je er een beetje balk uit kan halen. 

De houten eeuw

Als je het aan de Nederlandse Vereniging van Houthandelaren vraagt, zijn we getuige van de houten eeuw: de eeuw waarin we gaan bouwen met hout, het materiaal dat CO2 vastlegt en de stikstofcrises omzeilt. In het buitenland staan al houten woontoren van vele etages hoog, en in Nederland begint het nu ook echt te leven. 

De hoge prijzen dempen de pret nu nog even, maar de vereniging laat weten dat ze verwachten dat de houtprijzen op termijn weer zullen stabiliseren. Uit onderzoek van de universiteit in Wageningen zou blijken dat jaarlijks 1 miljard m3 in het Europese hout bijgroeit, waarvan 600 miljoen m3 wordt geoogst. De vraag naar hout en plaatmateriaal stijgt, maar het bos biedt genoeg om de markt te kunnen voorzien, verwachten ze. 

‘Bij’producten

In theorie hak je een boom alleen om als die dik genoeg is om er mooie stukken timmerhout uit te halen. Resterende takken, bladeren, bast en resten rondhout worden gebruikt voor pallets, geperste houten platen, pellets voor biomassstook, papierpulp, cellulose, terpentijn en allerhande chemische processen. Als je in het bos laat liggen, zet dat het om in humus, schimmels, behuizingen voor allerlei beestjes en voeding voor allerlei planten. 

In een redelijk efficiënt oogstverwerkings-systeem zou je ongeveer net zoveel restmaterialen als gezaagd hout moeten krijgen. De waarde van dit ‘afval’ stijgt echter snel nu allerlei maakindustrieen hun grondstoffen uit het bos hopen te halen, en de energietransitie behoefte heeft aan biobrandstoffen. Om in al die wensen te kunnen voorzien, wordt soms ook het ‘dunningshout’ ingezet: de dunnere bomen die na aan aantal jaar weggehaald worden zodat de resterende bomen dikker kunnen worden. 

Investeringen versus reguleringen

Ook de Nederlandse CBS data toont dat de import van Zweeds houtpulp in 2020 vermeervoudigde, terwijl de import van gezaagd Zweeds hout veel minder hard steeg. Bedrijven als Swedish Cellulose Ab (SCA) investeren grote bedragen in fabrieken voor karton en biofuels. De industrie pleit in Europa voor zo min mogelijk bemoeienis met hun bosbouwmodel, zodat ze maximaal kunnen profiteren van toenemende schaarste aan biomassa. Met succes: kritische onderdelen van de bossenstrategie die Europa’s biodiversiteit beter moet gaan beschermen, werden na het uitkomen van het concept al omgezet in vrijwillige opties. 

Mag de gemiddelde kap van de bijgroei in heel Europa zo’n 73% zijn, in Zweden is het meer dan 100%, toont de site waarop de EU haar data voor de bio-economie verzamelt. Het verklaart waarom grootste deel van het land dieprood gekleurd is op de ontbossingkaart van Global Forestry Watch: de satellieten waarop de kaarten gebaseerd zien geen herplantte babyboompjes, maar alleen het bladerdek, bestaand uit bomen van zo’n 5 meter hoog. Dat bladerdek nam sinds 2015 elk jaar met ruim 1% af.

Ontbossing in Europa (roze), op basis van satellietopnames. Bron: Global Forest Watch

Afhankelijk

Als klein bosarm landje hadden we het Zweedse hout hard nodig: in 2019 leverde het bijna 860 duizend kubieke meter, goed voor 29% van de Nederlandse import, berekende bosorganisatie Probos. Daarnaast leverde het 12% van de totale papier- en kartonimport, en bijna 4 % van alle geïmporteerde cellulose. 

Een deel daarvan verdwijnt weer over de grens, een deel zie je in de Ikea of de bouwmarkt, en een deel gaat ongezien weer bij het afval: we gebruiken het dagelijks om onze billen mee af te vegen, ons menstruatiebloed mee op te vangen en onze baby’s en ouderen mee droog te houden: SCA is namelijk ook het leverancier van haar spin-off Essity, het bedrijf achter merken als Tempo, Lotus, Libresse en Tena lady. 

Corona-karton

Matrans’ Sales manager Corno Klein ziet het elke week de haven binnenkomen: 1x per week stuurt SCA hem een schip vol papier of pulp: halffabrikaten die hij op zijn beurt weer naar producenten op het Europese vasteland stuurt. Het bedrijf heeft de verkoop van papier afgebouwd, vertelt hij, en de papiermolens nu heel snel omgezet in kartonfabrieken. Tijdens corona stuurde iedereen elkaar pakketten, het karton daarvoor was niet aan te slepen. 

Maar terwijl het pulp en het papier trouw de haven bleef binnenkomen, hadden de houthandelaren de grootste moeite hun klanten te voorzien. In Zweden zelf gaat veel hout over het spoor, vaak naar de haven. Maar leveringen aan Nederland komen steeds vaker per truck, zodat ze direct van de zagerij naar de klant kunnen worden gebracht. Met lange leveringstijden en hoge houtprijzen, zijn veel bouwers bereid wat extra te betalen voor een snel transport. 

contrast

Wat het commerciële succes van de bosbezitters op termijn met de bomen zelf doet, valt nog te bezien. Terwijl SCA meldt dat ze ‘ondanks’ corona een recordwinst heeft geboekt en een duurzaamheidsprijs heeft gewonnen, klaagt GreenPeace dat het bedrijf oerbossen vermaalt om wegwerpproducten mee te maken. Dat contrast zie je ook in de Zweedse politiek: terwijl de grote boseigenaren hun macht doen gelden in het parlement, protesteren hun kinderen daarbuiten. Veel van hen zien liever een aangescherpte wetgeving, die ervoor zorgt dat de resterende bossen beter beschermd worden tegen de grootschalige kaalkap van de afgelopen decennia. De komende drie reportages doen verslag van de belangen die zij daar uitvechten, en hun impact op het bos. 

Dit artikel werd mede mogelijk gemaakt door het matchingfonds van De Coöperatie – De Coöperatie (decooperatie.org), het Tripfonds van de Vereniging van Wetenschapsjournalisten (VWN) en de Climate Grant van European Federation for Science Journalism (EFSJ)/BNP Paribas Foundation. Een versie ervan verscheen eerder in Nieuwsblad Transport.

Geef een reactie